fbpx

Gebitsproblemen en blaasinstrumenten

Zelf werd ik toen ik 8 was min of meer gedwongen om mijn toen zo geliefde bugel te laten voor wat het was, en in plaats daarvan mijn muzikale carrière voort te zetten op de bariton. (later euphonium). Met als reden: mijn gebit was er niet geschikt voor.
Zoals jullie twee weken geleden al lazen, pakte het prima uit voor mij, maar de bugel bleef een grote liefde.

Naar aanleiding van mijn blog over de bugel én het feit dat ik toch regelmatig trompet speel, kreeg ik de afgelopen weken meerdere keren vragen over hoe het nou eigenlijk zit.. Welk instrument past bij welk gebit? En als je als kind of volwassene wilt (her)starten met een blaasinstrument... Waar moet je dan, gezien je gebit, rekening mee houden? 

Tja, bijna niemand heeft een perfect gebit. En het goede nieuws is dat je met een imperfect gebit ook prima een blaasinstrument kunt bespelen! Ik zal hieronder de meest voorkomende imperfecties op een rijtje zetten en daarbij aangeven bij welke instrumenten dat lastig kan zijn.

  • Overbeet:
    Een overbeet wil zeggen dat je bovenkaak te ver naar voren staat ten opzichte van je onderkaak.
    Voor het bespelen van klarinet en saxofoon is dit eigenlijk juist heel goed.
    Voor koperen blaasinstrumenten, en dan met name voor het kleinkoper is het wel wat lastig, maar zeker niet onmogelijk.
  • Onderbeet:
    Een onderbeet wil zeggen dat je onderkaak te ver naar voren staat ten opzichte van je bovenkaak.
    Dit is eigenlijk voor alle blaasinstrumenten heel erg lastig.
  • Ongelijke of scheve tanden:
    Je voorste snijtanden die asymmetrisch in je mond staan. Dit hoeft in het algemeen voor geen enkel blaasinstrument een probleem te zijn.
  • Beugel:
    Een beugel hoeft voor het bespelen van geen enkel blaasinstrument een probleem te zijn. Natuurlijk is het wennen, zeker als je al speelde voordat je de beugel kreeg. Bij een blokjesbeugel kun je (met goedvinden van de orthodontist) de pijn van het drukken van de slotjes tegen de binnenkant van je mond tijdens het spelen verminderen door het gebruik van beugelwas. 
  • Bruggen, kronen en implantaten:
    Dit vormt eigenlijk voor geen enkel instrument een probleem. Wel krijgen sommige rietblazers last van een soort resonantie in de mond. Maar hiervoor kun je bitjes of mondstukplakkers gebruiken.
  • Prothese van boven- en/of ondergebit
    Een kunstgebit hoeft eigenlijk nooit een probleem te zijn voor het bespelen van een blaasinstrument. Het is wel zo dat je mond door het kunstgebit een andere vorm krijgt, dus je zult wel even ee tijdje nodig hebben om je embouchure hieraan te laten wennen.

Bespreek jouw gebitssituatie altijd met jouw muziekdocent. Ook als je bv overweegt een kunstgebit of een kroon te laten plaatsen. Je docent kan je wellicht gerichte tips geven die je kunt meenemen naar je tandarts of KNO-arts.
Andersom geldt hetzelfde: vertel aan je behandelend arts altijd dat je een blaasinstrument!

Hulpmiddelen

Er zijn hulpmiddelen op de markt om comfortabel op een blaasinstrument te spelen:

  • gebitsbeschermers (bitjes) die de krachten over het gebit verdelen. Ze worden met name gebruikt door klarinettisten en saxofonisten.
  • mondstukplakkers worden ook veel door klarinettisten en saxofonisten gebruikt. Ze vormen een soort kussentje waarop je bovenlanden rusten en voorkomen zo slijtage aan je gebit en ze zorgen er vaak voor dat de resonantie (door bv kronen en bruggen) in je mond afneemt.
  • ergonomische draagband: ook deze worden vaak gebruikt door saxofonisten en ook wel door klarinettisten. Zo'n band ontlast je duim, maar ook je gebit.

Mondstukken

Natuurlijk kun je ook heel veel doen met een mondstuk, dat is een hoofdstuk apart. Ik zal er volgende week meer over schrijven!