fbpx

Pijnvrij musiceren

Jij krijgt toch wel pijn in je armen van al dat dirigeren? Of een zere schouder van trombone spelen? Ik krijg de vraag tegenwoordig steeds vaker. Tijd om eens wat dieper in pijn bij muzikanten/musici te duiken.

Pijn moet gezien worden als een prachtig beschermingsmechanisme dat ervoor zorgt dat je niet verder in de problemen komt (door bijvoorbeeld niet op je gebroken been te gaan staan). Pijn is dus een potentiële waarschuwer die vertelt hoe het er met je voor staat.  En dan is het goed om te weten dat 90% van de professionele musici gedurende zijn/haar carrière wel ergens pijn heeft. Het is dus eigenlijk meer bijzonder om geen pijn te hebben. Voor amateurmuzikanten is de situatie niet heel veel anders, afhankelijk van hoe veel en intensief je speelt.
Om te weten hoe je naar je pijn moet luisteren en handelen, zijn de onderstaande zaken handig om te weten:

Stel je voor dat je tijdens het aardappel schillen met je mesje in je vinger snijdt. Er gaat dan direct een signaaltje naar je brein (en dat zit tussen je oren!) vanuit je vinger dat er een probleem is. Het duurt even en er gaat een soort lampje aan in je brein ‘hé pijn?!’. Dat uitroepteken en vraagteken staan er niet voor niets; je brein gaat meteen in de alarmstand en vraagt zich af ‘wat, en waar, in het lichaam iets mis is’. Met je ogen kijk je naar je vinger en je ziet bloed. Op basis van de hoeveelheid bloed, en andere gezellige waarnemingen - zoals dat de vingertop er naast bungelt-, neem je onmiddellijk een beslissing ‘dit is helemaal mis’ of ‘dit valt wel mee’. Op basis van deze beslissing over de ernst van de situatie volgt automatisch gedrag. Bij die ‘bungelende vinger’ reageer je met veel meer paniek etc. dan als het een heel klein sneetje is. Hetzelfde geldt voor de situatie waarbij je de 4-daagse van Nijmegen loopt en heel veel pijn onder je voeten krijgt. Als je kijkt en ziet dat het ‘slechts’ blaren zijn, dat loop je door naar het eerstvolgende blaren-doorprik-stalletje en laat je je blaren behandelen. De les die we hiervan kunnen leren is dat de hoeveelheid pijn dus niets over de ernst van de oorzaak hoeft te zeggen.

Ook is het zo dat als je jezelf bij de volgende keer aardappelschillen weer snijdt, je brein daar heel snel van leert. En elke keer sneller! ‘Pas op, daar is dat scherpe mes weer!’ en ‘goed opletten’ nu.. of ‘stommerd, hoe kun je je nu voor de 4e keer weer snijden’. Er worden dus allerlei gebieden in je brein geactiveerd die eerst helemaal niets met het oorspronkelijk letsel te maken hebben.

Als je dus al wat langere tijd klachten hebt, wat vaak het geval is bij musici, is er van alles in je brein actief. Hoe langer het duurt, hoe complexer de wirwar aan gedachten wordt om nog te kunnen ontrafelen wat er werkelijk aan de hand is. Hoe langer de klachten bestaan hoe meer twijfel er ontstaat. ‘Is dit wel goed, zit er geen tumor in mijn hoofd’ zou zo maar zo’n gedachte kunnen zijn. Wat ik hierboven beschreef is dat je dan ander gedrag gaat vertonen, dan als je denkt ‘Oh, ik heb te hard of verkeerd geoefend, aangezien ik laatst een keer helemaal geen klachten had’. Om kort te gaan, als je denkt dat er iets ernstigs aan de hand is ga je vaak vermijden, word je conditie slechter en ontstaan er eerder nieuwe klachten als je wel weer iets gaat doen. Een vicieuze cirkel dus.
Daarmee is het echter niet klaar, de therapeut of dokter heeft ook zo zijn gedachten over de situatie. Het blijkt uit wetenschappelijk onderzoek dat zijn/haar houding bepalend is voor hoe het dan verder met je gaat. Heeft de dokter/therapeut het oude idee ‘in die vinger zit de pijn, ik zie een kleine lokale afwijking, dus dat moeten we opereren’ dan gebeurt er totaal iets anders dan als er een dokter of therapeut met kennis van zaken over langer durende pijn naar je kijkt. Dit zie ik bij musici met klachten van tintelingen en pijn in de polsen/vingers. De neuroloog duidt dit dan als een carpaal tunnel syndroom (een lokale afklemming van een handzenuw ter hoogte van de pols). Zelfs als de geleiding over de zenuw verminderd is, wil dat niet zeggen dat een operatie om de zenuw uit zijn beknelling te bevrijden zal gaan helpen. Integendeel, gerichte training en kleine techniek veranderingen blijken dan veel beter resultaat op te leveren. Een goed advies van de juiste persoon is dus heel belangrijk.
Bij musici hoeft bijna nooit geopereerd te worden en is er meestal geen sprake van een ernstige ziekte. Dat laat elk wetenschappelijk onderzoek onder musici steeds zien. Ook als de pijn soms heel erg is. Dit is met name het geval als de pijn pas na het spelen optreedt. Anders is het als er bijkomende verschijnselen zijn zoals gevoelsuitval, onvermogen om een spier aan te kunnen spannen of andere onverwachtse zaken. Daarnaast is het goed te realiseren dat lokale pijn niet hoeft te betekenen dat daar ook de oorzaak zit. Dat is misschien lastig te begrijpen. Met goed en gericht doorvragen kan de arts of therapeut daar vaak achter komen. Bij problemen met handen bij musici, is er bv vaak iets aan de hand met de schouders. 

Stel je hebt ergens pijnklachten die je hinderen tijdens het musiceren, en je bent al enkele weken met je therapeut aan de gang zonder dat het veel helpt. Dan is het tijd voor een serieus advies. Op de website van de NVDMG en de website ‘muziekenzorg.nl’ staat een register van artsen en therapeuten met kennis van zaken. In elke regio van Nederland is wel zo’n deskundige te vinden. Daarnaast zijn er enkele centra met meer expertise, met een uitgebreid muziek-netwerk met bijv. docenten van conservatoria. Deze zijn ook gewend om ook naar je manier van spelen/zingen te kijken, niet om een oordeel te geven over ‘goed of slecht’ maar ‘hoe steekt dit probleem in elkaar en wat kunnen we er vervolgens aan doen’.